Vrijheid in contact

Net zoals de aansluiting op het elektriciteitsnet allerlei apparaten in werking stelt, zo opent contact de weg tot een scala aan mogelijke interacties, van debatteren, verkopen, bedriegen, beroven, steunen tot liefhebben. Contact is een wisselwerking die eenmalig in de tijd en daarmee altijd nieuw is. Dit geldt zowel voor het vluchtige contact met de kassière als de ontmoeting met een oude vertrouwde vriend. Contact is een wisselwerking in een veelheid aan factoren die op meerdere lagen op elkaar inwerken. Net zoals de kwantummechanica in de fysica laat zien, werkt deze veelheid van factoren zo op elkaar in dat er geen direct causale verbanden zijn te traceren.

In contact is er van meet af aan een afstemming op elkaar. De stemming van de ander wordt geregistreerd en geïntegreerd in de reactie op de ander. Het is een wisselwerking die al plaats vindt voor er een woord gesproken is. Er is een wederzijds woordeloos verstaan waar elke menselijke interactie op gegrondvest is. In de verdere wisselwerking zal een gesprek zich verdiepen, verbreden, escaleren of verstommen al naar gelang de behoeften, ervaringen, kennis, tijd en taal van de gesprekspartners. Dit samengevoegd met nog duizend-en-één andere toevallige en op elkaar inwerkende factoren, maakt duidelijk dat elk gesprek een onvoorspelbaar verloop heeft. De gesprekspartners hebben een grote mate van vrijheid om dit verloop te beïnvloeden.

Menselijke vrijheid, zoals in het existentialisme door de filosoof Jean-Paul Sartre beschreven wordt, is een begrip dat gemakkelijk misverstaan wordt. De menselijke absolute vrijheid betekent in deze filosofie dat we in vrijheid ons leven en onze waarheid ontwerpen. Dit kan gemakkelijk geïnterpreteerd worden als dat we op grond van bewust gemaakte keuzes, het 'ik' in het verbale bewustzijn, onszelf en ons leven vorm geven. Dit geeft de suggestie dat we alles zelf bewust in de hand zouden hebben. Het zou een grenzeloze verantwoordelijkheid en een potentiële almacht inhouden. De schuld aan het lijden op de wereld zou omgekeerd evenredig zwaar zijn. Als we deze keuzevrijheid echter in het licht zetten van het transcendente identificatiepunt van ons 'ik', zoals in 'De Jacht op Mezelf'2 beschreven, ziet deze absolute keuzevrijheid er minder absurd en rechtlijnig uit. Het is niet het beperkte 'ik' van het verbale bewustzijn dat de keuzes bepaalt, maar het 'ik' als transcendentie dat zich manifesteert als vorm vanuit het associatief bewustzijn. We maken in vrijheid keuzes zonder dat we weten dat we ze maken. Onze persoonlijke vrijheid en verantwoordelijkheid is transcendent omdat het de beperktheid van ons verbale bewustzijn overstijgt.